WEST FRIESLAND - In een tijd waarin het klimaat verandert, is schone, duurzame energie de toekomst. In de Regionale Energiestrategie (RES) wordt onderzocht in hoeverre het grootschalig toepassen van wind- en zonne-energie aan deze toekomst kan bijdragen. Ook Westfriesland neemt hierin zijn verantwoordelijkheid, hoewel het beseft dat het lastige keuzes met zich mee brengt. Inmiddels is er een eerste globaal beeld.

Bij het bepalen van de Regionale Energiestrategie - die voor heel Nederland geldt en hier op Noord-Holland Noord niveau wordt opgesteld – wordt niet over één nacht ijs gegaan. Het heeft in deze fase tal van onderzoeken, analyses, gesprekken en bijeenkomsten in gang gezet. Alleen al in Westfriesland werden zestien zogenaamde ‘ateliers’ georganiseerd waarin een kleine 700 inwoners, agrariërs, ondernemers en andere partijen mee hebben gepraat over de mogelijkheden en onmogelijkheden van windturbines en zonneweides.

Energieneutraal in 2040
Het resultaat van deze verkenning is nu gebundeld in het voorontwerp concept-RES. Een eerste stap in een langjarig traject om met elkaar over te gaan op een duurzame energievoorziening en voor minder CO2-uitstoot te zorgen. Zo is dat ook afgesproken in het nationale Klimaatakkoord. Voor Westfriesland is de RES één van de instrumenten om als regio in 2040 ‘energieneutraal’ te zijn. Dat wil zeggen dat er dan net zoveel duurzame energie opgewekt wordt als verbruikt. Daarbij zet de regio ook sterk in op energiebesparing en verduurzaming van woningen en mobiliteit.

Een gevoelig onderwerp
Uit de bijeenkomsten met inwoners en andere betrokkenen voor de concept-RES bleek dat het plaatsen van meer windturbines en zonneweides in de regio een gevoelig onderwerp is. Iedereen begrijpt de noodzaak om te streven naar een duurzame en schone regio en minder afhankelijk te worden van fossiele brandstoffen.

Maar men maakt zich ook zorgen dat de kwaliteit van de natuur en het typische Westfriese open landschap onder druk komt te staan door de zon- en windprojecten. En dat de cultuur-historische waarde van steden en dorpen wordt aangetast. Bovendien moeten de vruchtbare agrarische gronden zoveel mogelijk ontzien worden. Verder zijn mensen ongerust over de negatieve effecten die windturbines kunnen hebben op het woongenot.

Kansrijk?
Kansrijk zijn onder meer zonnepanelen op grote daken, op parkeerplaatsen, langs snelwegen en op bedrijventerreinen (in combinatie met windmolens). Verdeeldheid is er over het opwekken van wind- en zonne-energie op het IJsselmeer en het Markermeer. Als dit aan de orde is, dan wel goed doordacht en zorgvuldig toegepast in overleg met de andere regio’s die aan de meren grenzen.

Deze uitkomsten zijn in het voorontwerp concept-RES vertaald naar potentiële ‘zoekgebieden’. Dit zijn plekken waar zon- en windprojecten in Westfriesland gerealiseerd kunnen worden. Uiteindelijk moeten zij 963 GWh aan hernieuwbare energie kunnen opleveren, bovenop de 228 GWh die nu al wordt opgewekt. Dat houdt in dat deze regio een aandeel neemt van 1.191 GWh (1,2 TWh) in het totale Noord-Holland Noord aanbod van 4,2 TWh in de RES. Dat komt neer op 28% (en 3,4% van de landelijke opgave van 35 TWh).

Opnieuw in gesprek gaan
Maar voordat deze zoekgebieden definitief zijn, gaat de concept-RES in een uitgebreid besluitvormingstraject nog langs allerlei bestuurlijke lagen. Daarnaast wordt een inspraaktraject gestart om de zoekgebieden verder te onderzoeken. Wie is de grondeigenaar? Wie neemt het initiatief voor een windturbine of zonnepanelen? Kunnen de bewoners mede-eigenaar worden? Hoe kunnen betrokkenen het beste samenwerken? In dit stadium kunnen er nog altijd zoekgebieden bij komen of af vallen.

Het geeft precies de status weer van het voorontwerp concept-RES. Het is een tussenstap. Een manier om opnieuw in gesprek te gaan met de samenleving over duurzame energie en met elkaar keuzes te maken. Daarbij houdt Westfriesland nu en de komende jaren de vinger aan de pols van nieuwe ontwikkelingen en technologie. Met als duidelijke stip op de horizon een energieneutrale regio in 2040.